|
30/01/1988...
Je was amper 2 1/2 maand oud toen ik je voor het eerst zag achter dat hek, te midden van al die honden.
Jij, de kleine zwarte bastaardhond (al in de steek gelaten door je vorige baasjes), deed mijn hart smelten met één blik.
Vanaf dat moment zijn we nooit meer van elkaars zijde geweken.
Ik nam je overal mee naartoe, je was mijn beschermengel.
Al die jaren was je ongelooflijk trouw aan mij en ongelooflijk lief voor iedereen.
Geen greintje kwaadaardigheid naar mensen of dieren.
En zelfs als ik verlaten of mishandelde honden, katten of konijnen mee naar huis nam, toonde je nooit enige agressie en bleef je liefde voor mij intact omdat je wist dat ik vanuit het diepst van mijn hart van je hield en dat ik tegelijkertijd mijn ogen niet kon sluiten voor deze ongelukkige mensen.
We waren handlangers, mijn Coplan, en meestal was er maar één blik nodig om elkaar te begrijpen.
Ik heb de tijd nooit voorbij zien gaan omdat jouw aanwezigheid me met zoveel vreugde vervulde, en ik heb je ook nooit oud zien worden.
Ik had nooit gedacht dat we uit elkaar zouden gaan.
Toen, in januari 2002, onthulde een echografie een tumor in mijn blaas.
De behandelingen werkten een paar maanden goed en hoewel je niet leed, verzwakte je algemene conditie.
Ik nam je in augustus mee naar zee, zoals ik elk jaar deed, niet wetende dat het de laatste keer zou zijn.
Op 12 maart 2002 had ik weer een echoscopie en de diagnose viel als een mes: er kon niets chirurgisch gedaan worden, gezien de omvang van de ziekte en je gevorderde leeftijd.
Ik bad tot onze ster, mijn Coplan, en wenste met heel mijn hart dat er een wonder zou gebeuren en dat je weer op krachten zou komen.
Kerstmis naderde en ik wilde je dicht bij me hebben.
Je was er op de 24e en dat was mijn grootste geschenk!
Ik denk dat je diep van binnen alle energie hebt gebruikt die je nodig had om ons zo lang mogelijk bij elkaar te houden.
En toen, op de avond van 27/12, zag en las ik in je ogen dat je het niet meer aankon en besefte ik dat het mijn beurt was om je te helpen.
Coquine, de kat, heeft de hele nacht naast je gelegen...
Ik weet zeker dat ze het wist.
Op zaterdag 28/12/02 kwam Bernard, die je goed kende, naar het huis.
Je ging zachtjes in je mand liggen, zelfverzekerd en sereen.
Je draaide je hoofd naar me toe en op dat moment voelde ik iets bijzonders: ik denk dat je dank je wel zei!
Daarna viel je vredig in slaap onder het effect van het product dat je moest bevrijden.
Vandaag rust je uit in deze tuin die vertrouwd voor je is, omringd door degenen die ons eerder verlieten.
Dank je, Coplan, voor je oneindige liefde.
Bedankt dat je me zo vaak de kracht gaf om te vechten en in het leven te geloven.
Bedankt dat je deze 15 jaar met me hebt gedeeld zonder ooit te klagen.
Bedankt dat je deze geweldige hond bent.
Als de tijd daar is, weet ik dat we elkaar weer zullen ontmoeten, en in de tussentijd zul je over me blijven waken vanaf hier.
Je zult altijd in mijn gedachten en in mijn hart zijn.
IK HOU VAN JE
|