Siberische wolf

Hij is een wild dier

Land van oorsprong
Rusland
Vertaling
Francis Vandersteen
Het bezit van dit dier is niet toegestaan Koninklijk Besluit tot vaststelling van de lijst van niet voor productiedoeleinden gehouden zoogdieren die wel gehouden mogen worden (M.B. 24.08.2009)
De Siberische wolf (Canis lupus albus) is een ondersoort van de wolf binnen de Canis lupus soort. Hij komt oorspronkelijk uit de Siberische toendra en bosgebieden van Rusland. Hij komt ook voor in het uiterste noorden van Scandinavië. De westelijke ondersoort is de poolwolf (Canis lupus arctos).

De vacht van de Siberische wolf is zeer gevarieerd en in tegenstelling tot de poolwolf is zijn vacht niet helemaal wit. De meeste Siberische wolven hebben een lichtgrijze vacht (soms getint met bruin of beige). Hun haar is lang, dicht, zacht en donzig. De schofthoogte van de Siberische wolf ligt tussen 60 cm en 90 cm. Zijn lichaam is tussen 100 cm en 140 cm lang en zijn staart meet tussen 30 cm en 50 cm. Volwassen dieren wegen tussen de 35 en 45 kg.

De Siberische wolf leeft over het algemeen in rivierdalen en struikgewas op droge hoogvlaktes. Ze hebben de neiging om roedels van 5 tot 7 leden te vormen. Zijn belangrijkste prooien zijn wilde en gedomesticeerde rendieren en sneeuwschapen. Hij jaagt ook op hazen en poolvossen. Hij vestigt zich zelden permanent en reist 200 tot 300 km per jaar om de rendiermigraties te begeleiden.