Witte tijger

Hij is een wild dier

Land van oorsprong
India
Vertaling
Francis Vandersteen
Het bezit van dit dier is niet toegestaan Koninklijk Besluit tot vaststelling van de lijst van niet voor productiedoeleinden gehouden zoogdieren die wel gehouden mogen worden (M.B. 24.08.2009)
De witte tijger, soms ook bekend als de koninklijke witte tijger, is een vleesetend zoogdier uit de familie van de katachtigen, met een genetische mutatie die hem een witte vacht met zwarte strepen geeft. Het is geen soort of ondersoort op zich en wordt daarom niet met uitsterven bedreigd, ook al is de tijgersoort door de International Union for Conservation of Nature geclassificeerd als "bedreigd".

Deze genetische afwijking wordt leucistisme of leucisme genoemd. Witte tijgers zijn dus geen albino exemplaren, die geen strepen hebben en eerder lichte ogen, een verschijning die in dit geval te wijten is aan een andere genetische mutatie, albinisme.

Witte tijgers begonnen op te vallen tegen het einde van de 19de eeuw, toen er enkele wilde exemplaren werden gerapporteerd. Witte tijgers met zwarte strepen werden in het wild aangetroffen in India tijdens het Mughal Rijk (1556-1605). Een schilderij uit 1590 van Akbar de Grote op jacht in de buurt van Gwalior toont vier tijgers, waarvan er twee wit zijn. Zeventien gevallen van witte tijgers werden geregistreerd in India tussen 1907 en 1933 in de districten Orissa, Bilaspur, Sohagpur en Rewa. Op 22 januari 1939 schoot de Nepalese premier een witte tijger dood in het Barda kamp in Terai, Nepal. De laatste witte tijger werd gedood in 1958 en de mutatie wordt beschouwd als uitgestorven in het wild. Er zijn sindsdien veel geruchten geweest over wilde witte tijgers in India, maar geen enkele werd geloofwaardig geacht. De beroemde jager Jim Corbett filmde een witte tijgerin en haar twee gemberkleurige welpen in zijn film Man-Eaters of Kumaon; deze video, de enige waarop een witte tijger in het wild te zien is, werd door National Geographic gebruikt in een film over Jim Corbett.

In 1965 bevatte de "Indianencollectie" van Marjorie Merriweather Post in Washington een beklede stoel gemaakt van witte tijgerhuid. Een kleurenfoto van dit object verscheen in het 5 november 1965 nummer van Life magazine. In het oktobernummer 1975 van National Geographic stond een foto van de minister van Defensie van de VAE met een opgezette witte tijger in zijn kantoor. S.H. Prater schrijft in The book of Indian Animals (1948) dat "witte of gedeeltelijk witte tijgers niet ongewoon zijn in sommige van de open regenwouden van centraal India."

Het is een mythe dat witte tijgers niet kunnen gedijen in het wild en India had een herintroductie gepland van witte tijgers in gevangenschap in een reservaat nabij Rewa. In het wild fokken witte tijgers al generaties lang en A.A. Dunbar Brander voegt in Wild animals in central India (1923) toe dat "witte tijgers elkaar af en toe ontmoeten. Er zijn regelmatig kruisingen van deze dieren in de buurt van Amarkantak, op de kruising tussen de staat Rewa en de districten Mandla en Bilaspur. De laatste keer dat ik in Mandla was, in 1919, leefde er een witte tijgerin met haar witte welpen. In 1915 werd een mannetjestijger gevangen genomen door de staat Rewa. Een uitstekende beschrijving van dit dier door de heer Scott van de Indiase politie werd gepubliceerd in Volume XXVII, Number 47 van het Journal of the Bombay Natural History Society.

Dit door A.A. Dunbar Brander genoemde artikel beschreef : "De gevangen witte tijger van Rewa werd in december 1915 gevangen in de jungles van de staat, in de buurt van Sohagpur. Hij moet toen twee jaar oud geweest zijn. Er waren twee andere witte tijgers ten zuiden van Rewa die met deze tijger verbonden waren, maar de moeder van dit dier werd niet als wit beschouwd. Een witte tijger werd tien tot twaalf jaar geleden gedood door een Sardar in Sohargpur Tahasil. Twee andere tijgers werden gemeld in de buurt van Shahdol en Annuppur, maar de orders van Zijne Majesteit waren om ze niet te doden. Van de tijger in Annuppur werd gezegd dat het de broer was van de tijger die gevangen was genomen. Deze witte tijgers zwierven rond in de buurt van de Britse districten van de Centrale Provincies en leken te leven in de Maikal Mountains."

Victor H. Cahalane rapporteerde witte tijgers in Noord-China in 1943 : "Noord-China heeft veel albino's voortgebracht, met de onvermijdelijke bruine strepen uitgewist. Er zijn zeer zeldzame melanistische (zwarte) tijgers bekend."