Tibetaanse vos

Hij is een wild dier

Land van oorsprong
Tibet
Vertaling
Francis Vandersteen
Het bezit van dit dier is niet toegestaan Koninklijk Besluit tot vaststelling van de lijst van niet voor productiedoeleinden gehouden zoogdieren die wel gehouden mogen worden (M.B. 24.08.2009)
De Tibetaanse vos (Vulpes ferrilata) is een vossensoort die voornamelijk in Tibet leeft. Onder ideale omstandigheden kan hij 8 tot 10 jaar oud worden, maar in het wild leeft hij zelden langer dan 5 jaar.

Deze soort leeft vooral in de steppen en halfwoestijnen van het Tibetaanse plateau. Hij komt voor in India (Ladakh en Sikkim), China (Xinjiang, Gansu, Qinghai, Sichuan en Yunnan provincies) en Nepal (Mustang regio ten noorden van de Himalaya). De soort komt waarschijnlijk ook voor in de Chinese provincie Bhutan.

Volgens schattingen uit 1989 leven er op het Tibetaanse plateau bijna 37.000 Tibetaanse vossen, met een dichtheid van twee tot vier individuen per km2. In het noorden van zijn geografische verspreidingsgebied staat de Tibetaanse vos op gelijke voet met zijn soortgenoot, de steppevos (Vulpes corsac).

Van de Tibetaanse vos is bekend dat hij voorkomt in vlakten en bergachtige gebieden. Halfdroge tot droge graslanden, waar hij zwartlipmaki's kan vinden, zijn zijn typische habitat. Overdag brengt hij veel tijd door in een hol of holte in het landschap. Hij komt voor tussen 2.500 en 5.300 m, maar leeft meestal op hoogtes boven 3.500 m2.

De Tibetaanse vos is 57,5 tot 70 cm lang, met een staart van 40 tot 47,5 cm. Hij is breder dan de steppevos (Vulpes corsac). Volwassen dieren wegen tussen de 3 en 6 kg. Vergeleken met andere vossen heeft hij een vrij lange snuit en zeer grote hoektanden. Hij heeft ook het beste gehoor van alle vossen.

Zijn dikke, zachte vacht bestaat uit een dichte ondervacht die hem in staat stelt temperaturen tot -40°C te weerstaan. De vacht is meestal grijs, maar kan ook zwart, bruin of roestkleurig zijn, of zelfs gelig op de nek en rug. Hij heeft ook een tawny streep op zijn rug en een witte streep op zijn staart, poten, snuit en buik.

Hij voedt zich voornamelijk met zwartlipmaki's (Ochotona curzoniae), een klein haasachtigen zoogdier, en knaagdieren van de geslachten Alticola, Cricetulus en Pitymys. Hij vult zijn dieet aan met insecten, aas en een paar planten. Hij valt zelden Tibetaanse antilopen (Pantholops hodgsonii) aan.

Er is een Tibetaanse vos waargenomen die een bruine beer (Ursus Arctos) volgde om de zwartlipmaki's te vangen die ontsnapten toen de beer naar ze groef in hun hol.

Omdat het een trouwe soort is, jagen Tibetaanse vossen in paren, zodat ze al het voedsel dat ze vangen delen. Tibetaanse vossen leven de rest van hun leven in paren en zijn monogaam. De paring vindt meestal eind februari of begin maart plaats. Na een draagtijd van 50 tot 60 dagen werpt het vrouwtje eind april of begin mei een nest van 2 tot 5 jongen. Deze pasgeborenen, met een gewicht van 60 tot 120 gram, blijven 5 maanden bij hun ouders voor ze emanciperen. Ze planten zich uiteraard jaarlijks voort.

De Tibetaanse vos is niet bedreigd volgens de IUCN en wordt daarom geclassificeerd als een soort van klein belang. De belangrijkste bedreiging voor deze soort is de mens, die op hem jaagt en zijn leefgebied vernietigt. Lokale gemeenschappen jagen op de pika voor zijn bont, vaak om hoeden van te maken. Een andere bedreiging is de afname van de pika populaties, zijn belangrijkste voedselbron. Het probleem is dat de regeringen van het Tibetaanse plateau een programma uitvoeren om de pika's te vergiftigen, een soort die schadelijk is voor mensen in deze regio. Een daling van deze pika populaties zou een aanzienlijke invloed kunnen hebben op de vossenpopulaties in Tibet. In de Chinese provincie Sichuan vormt de vernietiging van habitats ook een bedreiging voor de soort.

Desondanks wordt de soort beschermd in verschillende grote parken in de Volksrepubliek China, voornamelijk vijf parken met een totale oppervlakte van 616.000 km2. Er zijn echter nog geen meldingen van broedsuccessen in gevangenschap. Volgens gegevens van de IUCN is ongeveer 40% van het verspreidingsgebied van de Tibetaanse vos beschermd land.