Als eerbetoon aan

Een verloren vriendin


Met dank aan

Laura, 13 jaar

Ik draag dit gedicht op aan Inoit, een veel betreurde hond.

Ik vond je, op een middag,
Droevig en mager kijkend,
Ik ging naar buiten.
Je was weg.

Ik heb op je gewacht.
Je kwam eindelijk terug.
Je likte mijn hand.
En we werden vrienden.

Je meester sloeg je
Hij wilde je niet meer
Je blafte nooit,
Zelfs niet om je vreugde te tonen,

Hij besloot je te laten inslapen.
Je was niet erg oud.
Je had net prachtige baby's gemaakt.
Maar ze waren allemaal gestolen.

Een man redde je van de spuit.
Maar je ontsnapte,
Om je geliefde meester te vinden,
Ook al was hij gek,

Dat is hoe
Je kwam bij mij terecht.
Mijn vader wilde je niet houden,
En voor mij was jou in de steek laten uitgesloten,

Aan mijn deur schreeuwde je de hele nacht,
Mijn tranen stroomden snel,
Waarom heb ik je aan mij gebonden?
Waarom was ik niet bij je?

De volgende dag gingen mijn ogen open,
Ik rende naar het raam,
Een glimlach verspreidde zich over mijn gezicht.
Je had me in de wei kunnen zetten.

Toen ik naar buiten kwam,
Keek je me hoopvol aan,
Ik kwam je opzoeken
Je wilde mijn vriend blijven.

Een jaar later
Mijn kleine Inoit
Je hebt ons verlaten
Ik was vol wanhoop.

Je laatste adem werd uitgeblazen zonder mij,
Ik wilde je in mijn armen nemen,
Een laatste keer
Zodat je kon zien dat ik om je gaf.

Maar ik weet, diep van binnen,
dat je weer aan me dacht
En dat je wist dat ik van je hield.
Ik weet dat als je terug zou komen, je me zou vergeven.

Acht jaar lang werd je geslagen...
Een jaar lang leefde je...
Op je negende, stierf je...
En voor een lange tijd, zal je in mijn hart zijn.