 |
Bullmastiff |
|
FCI standaard Nº 157 |
||
Land van oorsprong |
Groot Brittannië | |
Vertaling |
Bullmastiff Club Nederland | |
Groep |
Groep 2 Pinschers, Schnauzers, Molossers en Zwitserse Sennenhonden | |
Sectie |
Section 2.1 Molossoide rassen, Mastiff type | |
Werkproef |
Zonder werkproeven | |
Definitieve erkenning door de FCI |
zaterdag 23 april 1955 | |
Publicatie van de geldende officiële norm |
donderdag 10 augustus 2023 | |
Laatste update |
maandag 11 september 2023 | |
En français, cette race se dit |
 |
Bullmastiff |
In English, this breed is said |
 |
Bullmastiff |
Auf Deutsch, heißt diese Rasse |
 |
Bullmastiff |
En español, esta raza se dice |
 |
Bullmastiff |
Gebruik |
| Waakhond. |
Kort historisch overzicht |
| De Bullmastiff verscheen in Engeland in de negentiende eeuw. Afgeleid van een kruising tussen de Mastiff en de Bulldog, werd het gebruikt om stroperij te voorkomen. Op het moment, de bewakers waren jacht werd gedood door stropers, die gejaagd voor voedsel. Het was vooral om jachtopzieners vergezellen in staat om een spoor te volgen, was krachtig om te stoppen en een stroper te verslaan. Wel eens vergeleken met de leeuw, want het geeft een indruk van kracht, moed en vriendelijkheid, de Bullmastiff is opmerkelijk vanwege zijn kracht en behendigheid. Het is een soort van stille kracht. |
Algemeen totaalbeeld |
| Krachtig gebouwd, symmetrisch, veel kracht tonend, maar niet lomp, evenredig en actief. |
Gedrag en karakter (aard) |
| Krachtig, met veel uithoudingsvermogen, actief en betrouwbaar. Levendig, alert en trouw. |
Hoofd |
||
Bovenschedel |
||
Schedel |
Schedel groot en vierkant vanuit elke hoek bekeken, met plooivorming als hij alert is maar niet in rust. De omvang van de schedel mag gelijk zijn aan de hoogte van de hond gemeten aan de schoft. Breed en diep. | |
Stop |
Geaccentueerd. | |
Facial region |
||
Neus |
De neus moet breed zijn, met wijd geopende neusgaten; vlak noch puntig, noch opwaarts gebogen. | |
Voorsnuit |
Voorsnuit kort; de afstand van de neuspunt tot de stop moet bij benadering een derde zijn van neuspunt tot het midden van de occiput, breed onder de ogen en met behoud van nagenoeg dezelfde breedte tot het einde van de neus; stomp en vierkant daarbij een rechte hoek vormend met de bovenlijn van het gezicht en tegelijkertijd in proportie met de schedel. | |
Lippen |
Lippen niet overhangend, nooit hangend beneden de lijn van de onderkaak. | |
Kiezen / tanden |
Onderkaak breed tot het einde. Tanggebit is gewenst, een lichte ondervoorbeet is toegestaan maar niet gewenst. Hoektanden groot en ver uit elkaar geplaatst. Overige tanden sterk, recht en goed geplaatst. | |
Wangen |
Goed gevuld. | |
Ogen |
Donker of hazelnootkleurig, van middelmatige grootte, zover uit elkaar geplaatst als de breedte van de voorsnuit met daar tussen een voorhoofdsgroef. Lichte of gele ogen zeer ongewenst. | |
Oren |
V-vormig, een plooi vormend naar voren toe; hoog aangezet en goed uit elkaar, gelijk met de achterhoofdsknobbel, waardoor de schedel een vierkant uiterlijk krijgt, wat erg belangrijk is. Ze zijn klein en donkerder dan het lichaam; de punt van het oor moet op ooghoogte liggen als de hond aandachtig is. Een roze oor is een ernstige fout. | |
Hals |
| Goed gebogen, van middelmatige lengte, zeer gespierd en van bijna dezelfde omtrek als de omvang van de schedel. |
Lichaam |
||
Rug |
Rug kort en recht, wat de hond een compacte indruk geeft, doch nooit zo kort dat het hinderlijk wordt bij de beweging. Karperruggen en doorgezakte ruggen hoogst ongewenst. | |
Lendenpartij |
De lendenen zijn breed en gespierd met behoorlijk diepe flanken. | |
Borst |
Borst breed en diep, diep geplaatst tussen de voorbenen, met diepe voorborst. | |
Staart |
| Hoog aangezet, sterk aan de aanzet en smal uitlopend, reikt tot aan de hak, recht of gebogen, maar nooit hoog gedragen. Knikstaart zeer ongewenst. |
Ledematen |
Voorhand |
||
Algemeen |
Voorbenen sterk en recht, met veel bone, breed geplaatst zodat een recht front wordt getoond. | |
Schouders |
Schouders gespierd, aflopend en krachtig maar niet beladen. | |
Voormiddenvoet |
Middenvoet recht en sterk. | |
Achterhand |
||
Algemeen |
Achterbenen sterk en gespierd. | |
Onderbeen |
Goed ontwikkelde onderbenen, kracht en activiteit uitstralend maar nooit plomp. | |
Spronggewricht |
Hak licht gebogen. Koehakkig is zeer ongewenst. | |
Voeten |
| Goed gebogen, kattevoet met gebogen tenen en harde teenkussens. Donkere nagels gewenst. Spreidtenen zeer ongewenst. |
Gangwerk |
| Beweging straalt kracht en vastberadenheid uit. Tijdens het lopen mogen voor- en achterbenen elkaar niet kruisen of raken, het rechter voor- en het linker achterbeen worden gelijktijdig geheven en geplaatst. Een vaste ruglijn gecombineerd met krachtige stuwing van de achterbenen tonen een gebalanceerd en harmonieus gangwerk. |
Coat |
||
Haarkwaliteit |
Kort en stevig, weerbestendig, vlak aanliggend. Lange, zijdeachtige of wollige vacht zeer ongewenst. | |
Haarkleur |
Elke tint van gestroomd, zandkleur of rood; de kleur is zuiver en egaal. Een kleine witte borstmarkering is toegestaan. Andere witte markeringen ongewenst. Zwart masker is essentieel, vervagend richting de ogen, met donkere markeringen rond de ogen, dit bijdragend aan de expressie. | |
Maat en gewicht |
||
Schouderhoogte |
Reuen 64 – 69 cm, teven 61 – 66 cm. | |
Gewicht |
Reuen 50 – 59 kg, teven 41 – 50 kg. | |
Defecten |
| • Elke afwijking van de voorgaande punten moet worden beschouwd als een fout en de ernst waarmee de fout aangemerkt moet worden, in verhouding staan tot de mate en het effect ervan op de gezondheid en het welzijn van betreffende hond en zijn vermogen om zijn oorspronkelijke werk te kunnen verrichten. • De vermelde fouten moeten in ernst zijn. |
General defecten |
 Agressief of schuw. |
NB : |
| • Elke hond die duidelijk lichamelijke of gedragsafwijkingen moet worden gediskwalificeerd. • De gebreken hierboven vermeld, wanneer zij zich voordoen in een zeer duidelijke graad of frequent, zijn diskwalificerende. • Reuen moeten twee duidelijk normaal ontwikkelde testikels hebben die in de balzak zijn ingedaald. • Alleen functioneel en klinisch gezonde honden, met rastypische bouw moet worden gebruikt voor de fokkerij. |
Bibliografie |
| https://www.fci.be/ |
Nederlands (nl-NL)