Het meest bepalende deel van het ras is dat het zo groot mogelijk in omtrek moet zijn (omtrek moet gelijk zijn aan hoogte, grotere Bulls zullen een grotere hoofdomtrek hebben dan hoogte). Teven zullen niet zo'n grote hoofdomtrek hebben als reuen. Wangen moeten goed gedefinieerd zijn, kracht tonen, wangdefinitie moet worden overwogen op Bulldogge leeftijd (dit kenmerk krijgt definitie met de leeftijd), 2 tot 3 jaar van de uiteindelijke volwassenheid. Er moet niet te veel aandacht worden besteed aan dit kenmerk bij een jonge Bulldogge. De kaken moeten als volgt zijn: onderkaak steekt verder uit dan de bovenkaak, waardoor de kaak een opwaartse draai krijgt. Het gebit moet vierkant zijn. Gebit: de hoektanden moeten ver uit elkaar staan met kleinere tanden ertussen. De lippen moeten los en zwaar (maar niet slordig) zijn, onder de kaak hangen en er vol uitzien. De neus moet goed liggen, breed en vochtig, perfect zwart heeft de voorkeur, gedeeltelijk gekleurde of Dudley neuzen hebben niet de voorkeur maar zijn geen diskwalificatie. De ogen staan zo ver mogelijk uit elkaar, de ogen moeten groot zijn zonder uit te puilen. De ogen moeten perfect geplaatst zijn (gelijk aan elke kant) vanuit het midden van de schedel. De oren moeten roosvormig zijn (kort, klein en meer naar opzij gevouwen) of knopvormig (half doorboord met voorwaartse vouw). De stop is de inkeping tussen de ogen. De stop moet diep en breed zijn, tot aan de schedel reiken, waardoor de schedel er vierkant uitziet. De diepte van de stop geeft meer definitie over hoe de ogen en oren zijn aangezet. Dik, sterk en gewelfd, met losse huid die de keelhuid aan elke kant vormt, moet de nek kort zijn, helemaal niet lang. Bulldogs moeten een zogenaamde stierhals hebben (dik, gespierd en kort), geen zwanenhals (te lang of weinig spieren), die geen kracht of vorm zou tonen. Schouders moeten breed en diep zijn. De borst moet goed gewelfd en diep zijn. Een stijging naar achteren is wenselijk, zolang het niet overdreven is, wat de symmetrie van de hond zou aantasten.
De voorbenen moeten gespierd, recht en wijd uit elkaar staan, een lichte buiging is geen fout tenzij het overdreven is met de ellebogen naar buiten gedraaid. De Bulldogge moet op zijn achterbenen staan, die sterk moeten zijn. De achterbenen moeten gespierd zijn en kracht tonen, spronggewrichten licht gebogen, voeten rond en compact. De borst is zo breed en diep mogelijk met een evenredige ribbenkast. De ribben moeten rond zijn. De lendenen moeten krachtig zijn met een tuck-up die niet afdoet aan het cobby uiterlijk. Ofwel recht, draaiend of geschroefd. De staart mag niet over de rug gedragen worden. Er is geen aftrek voor een gecoupeerde staart omdat dit geen effect heeft op de kwaliteit van de hond. De achterbenen moeten hoger zijn dan de voorbenen zonder overdrijving, ze moeten ter hoogte van de stifle (knie) tonen zonder overdrijving waardoor het spronggewricht iets naar binnen draait, de voeten zijn langer dan de voorvoeten en zijn compact. De voorbenen zijn korter dan de achterbenen. De voorbenen moeten krachtig zijn en kunnen recht of gebogen (zonder overmaat) zijn. De voorbenen moeten licht gedraaid zijn bij de schouder, zodat het lichaam kan zwaaien. De voeten moeten recht op de achterhand zijn, groot en matig rond. Tenen moeten uit elkaar staan, maar niet gespreid. Er is geen aftrek voor strakke tenen. Kleuren zijn: gestroomd/wit, alle andere gestroomde (inclusief zwart/gestroomd), effen wit of bont, reekleurig of beige. Volzwart is een ongewenste kleur. Blauw is geen originele Bulldogge kleur, maar is wel toegestaan. Bij de beoordeling mag kleur geen rol spelen in de kwaliteit van de hond, de kleur van de bulldogge mag niet worden meegewogen, behalve in gevallen van gelijke verdienste. Undesirables zouden dan op de tweede plaats komen. De vacht is kort en dicht, zeer glad en voelt zijdeachtig aan. Reuen meten tussen 46 en 50 centimeter en wegen tussen 29 en 45 kilo, terwijl teven tussen 44 en 48 centimeter meten en tussen 25 en 38 kilo wegen. |
Olde Victorian Bulldogs zijn trouwe, goedgehumeurde en stabiele honden. Ze schieten goed op met andere huisdieren als ze ermee opgroeien, en ze zijn dol op kinderen. Hij is moedig en beschermend. Hij bewaart zijn diepe blaf voor echt belangrijke zaken. Hij is groot en sterk. Als hij het gevoel heeft dat zijn baasjes niet zo sterk van geest zijn als hijzelf, kan hij koppig worden, dus sterk leiderschap is aan te raden. Als puppy kauwen ze op alles wat ze te pakken kunnen krijgen. De Bulldogge moet stabiel, trouw en oprecht zijn met een betrouwbaar karakter. Hij moet brutaal zijn zonder agressie. Het doel van het trainen van deze hond is het bereiken van de status van roedelleider. Het is een natuurlijk instinct voor een hond om orde te scheppen in zijn roedel. Als wij mensen met honden samenleven, worden we hun roedel. De hele roedel werkt samen onder één leider. Er worden duidelijk lijnen getrokken en regels opgesteld. Omdat een hond zijn ongenoegen kenbaar maakt door te grommen en uiteindelijk te bijten, MOETEN alle andere mensen hoger in de pikorde staan dan de hond. Mensen moeten degenen zijn die de beslissingen nemen, niet honden. Dit is de enige manier waarop uw relatie met uw hond een volledig succes kan worden. |